Tijdens
onze citytrip in Milaan ontdekten wij er het schilderij dat als affiche diende
voor de film ‘Novecento’ van Bernado Bertolucci. Ik dacht
dat het ‘maar’ een affiche was. Welnee: ‘Fiumana’, want dit is de originele titel,
is van Pellizza da Volpedo en dateert van 1895. Pellizza werkte het niet af en
de voorloper van het beroemde schilderij bleef in het bezit van de erfgenamen
van de schilder tot de jaren 1940. Aan de monumentale scène van de vloed van
stakende arbeiders gingen een serie tekeningen, cartoons en schetsen vooraf die
hij groepeerde onder de titel Ambasciatori della fame. Hij hernam vijf jaar
later het thema met 'Il cammino dei lavoratori o il Quarto Stato'. Deze Mars van
de arbeiders van de Vierde Stand is de definitieve versie, overgenomen door
Bertolucci, en hangt in het Novecentomuseum op de Piazza del Duomo.
Fiumana hangt in de Brera en is onafgewerkt, de
contouren van de figuren zijn niet scherp, maar de snelle verfstroken die
vanuit het centrum geleidelijk waziger worden bij de randen verhogen het gevoel
van massa en beweging. Enkele figuren zijn zelfs transparant: dat drukt de
anonimiteit van de massa uit die haar kracht put uit haar eenheid. De massa
geeft de indruk van een vloed naar een betere toekomst. Het kleurcontrast
tussen de stoffige en witte weg in de volle zon en de massa van mensen is
opgebouwd met blauwe, gele en groene vlekken. De loodzware hemel op in de
achtergrond contrasteert scherp met de verblindende zon op de voorgrond, een
symbolische verwijzing naar een donker verleden en een opgang naar het licht.
De structuur is een falanx met een brede
basis.
De
kunstenaar vond het onaf en heeft het zelf aan de kant gezet. Hij heeft
gedurende vijf jaar verder gewerkt en gezocht. Vormelijk en inhoudelijk. Ik
vind de laatste versie beter, maar Fiumana heeft ook kwaliteiten. En het is
zeker de moeite waard de twee versies te vergelijken. Uiteindelijk is er maar
een paar honderd meter tussen de Pinacoteca van Brera en het novecento-museum
aan de dom…
De kunst van de toekomst zal de goedheid en de waardigheid van de massa’s vertolken
Het werk
van Pellizza kadert in de opkomst van de arbeidersklasse in de kunst, en het
debat binnen de kunstenaars die voeling zochten met het opkomend socialisme. Over
de groei van dit kunstwerk mijn blog (in het Frans) http://hachhachhh.blogspot.be/2016/11/milan-et-il-quarto-stato-de-pellizza-da.html
En ook:http://www.uniter-arese.it/8_Archivio/ArchDownload/PELLIZZA%20QUARTO %20STATO.pdf
http://www.findart.it/News/Comunicati/Giuseppe-Pellizza-da-Volpedo-e-il-Quarto-Stato.-Dieci-anni-di-ricerca-appassionata.html
Jaurès en de Vierde Orde
Een paar
jaar vroeger schilderde zijn vriend Emilio Longoni L’Oratore dello sciopero, voor de
eerste Kunsttriennale in Brera in 1891. Eugène Laermans schilderde zijn stakingsavond
in 1893. De
inspiratiebron van Pellizza was ‘Histoire de la Révolution
française’ van Jean Jaurès die juist in een goedkope Italiaanse versie was
uitgekomen. Jaurès ziet het proletariaat
als de revolutionaire opvolger van de Derde Staat in de burgerlijke revoluties.
Op 7 mei 1890, enkele dagen na de eerste internationale Een-Mei viering,
schreef hij : « Le monde du travail prend conscience de
lui-même, les gouvernements, jugeant habile de simuler la peur d’un bout à
l’autre de l’Europe, entassent les soldats dans les casernes, les jardins
grillés, les places, les carrefours. Voulant avertir le quatrième Etat de leur
force, ils l’avertissent surtout de la sienne, qui sera irrésistible, s’il a le
sentiment des devoirs nouveaux que lui crée une
puissance nouvelle... »
Een eeuw
later, in 1969, lanceert iemand de term ‘quart Monde’...
Eerste zondag van de maand: openbare musea gratis.
Napoleon en zijn vijgebladje in Brera |
Als je de
eerste zondag van de maand in Milaan zijt en je hebt zoals wij je
vliegtuigticket 9€ betaald (18 H/T) haal je dat er dubbel en dik uit: de
openbare musea zijn gratis. Let wel: de openbare musea. Aan 15€ per museum doe
je er gemakkelijk drie,zonder je moe te maken... Alleen moet je nagaan wat
openbare musea zijn. Maar dat is uit te zoeken. De Pinacoteca de Brera, waar
Fiumana hangt, is een absolute topper. Geen bling bling, maar een historisch
paleis. Maar de schilderijen zijn perfect belicht, met interessante
commentaren. Doe eens de test: loop er door en noteer wat je als absolute top
beschouwt. En vergelijk bij het buitengaan in de museumshop de werken waarvan
een kopie verkocht wordt. Zonder een grote kunstkenner te zijn kom je zeker
voor de helft uit op wat de vox populi uitzonderlijk vindt.
Op loopafstand is ook de Castello
Sforzesco Daar installeerde men in een nieuw museum voor één werk : de
Pietà Rondanini, net zoals Fiumane een onafgewerkt beeld, maar wel van
Michelangelo. Een arm is gepolijst, maar dan weggekapt voor een nieuwe schouder,
bruut gekapt. Zes dagen voor zijn dood op 18 februari 1564 werkte hij er nog
aan. Zijn trouwe dienaar Antonio del Franzese erfde het werk. Milaan kocht het
van een graaf in 1952. Onze estheticaleraar in Tielt eerwaarde heer Baeckeland stelde
ons in dat verband een fundamenteel filosofische vraag: wanneer is een beeld af?
Vijftig jaar later zit die vraag nog altijd in mijn koppeke. Baeckeland is
later animator geworden bij Elckerick. Dit museum met één werk is in een vroeger pesthospitaal voor Spaanse soldaten, uit de XVIe eeuw. Naast de Piéta staan ook nog de sokkel waarop het vroeger stond, de sokkel die geweigerd is voor het nieuw museum en een kopje van Michelangelo. En daarvoor doen ze (uw dienaar inbegrepen) twintig minuten file. Maar het is de moeite waard!
Henry Moore zei over dit werk: “This is the kind of quality you
get in the work of old men who are really great. They can simplify; they can
leave out . . . in the Rondanini Pieta there’s a whole of Michelangelo’s 89
years’ life somewhere. [Henry Moore: Writings and Conversations (2002) p.159]
Mijn
volgende blog gaat over het groene Milaan. Om dat te vinden moet je uit je
doppen kijken!
Zie ook:
Zie ook:
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire