dimanche 6 novembre 2016

Milaan: de piazza del Duomo en de Galerij Victor Emmanuel



In october 2016 waren wij een weekje in Milaan. Wij hadden een Rb&b op een paar honderd meter van de piazza del Duomo. Die plaats lijkt volmaakt; men kan zich bijna niet voorstellen dat er iets anders is geweest. En toch is die geen twee eeuwen oud. En om die plaats te creêren is een halve stadswijk afgebroken. In mijn vorige blog beschreef ik hoe de voorgevel van de Dom het resultaat is van een prijsvraag van 1884. In feite is de prijsvraag een uitloper van de bouw van de grote winkelgalerij Victor Emmanuel en de aanleg van de piazza twintig jaar ervoor. Milaan had geen enkele grote plaats die naam waardig. Luik heeft dit ook gedaan: daar heeft men plaats gemaakt door de kathedraal van Saint Lambert af te breken. In Milaan is de gevel van de Duomo het decor geworden van een nieuwe tempel van de consumptiemaatschappij.
In maart 1861 wordt Victor Emanuel II, koning van Sardinië en Piemonte, tot koning van Italië uitgeroepen. De Italiaanse eenmaking is een boost voor het jonge kapitalisme. Verschillende steden willen de hoofdstad worden. Rome is uitgesloten, want nog van de Paus. Turijn en Firenze zijn een aantal maanden de hoofdstad. De Milanese burgerij heeft ook ambities, en drukte die uit in een winkelgalerij.

Milaan wil de grootste hebben. De koepel moet zo groot worden als Sint Pieter in Rome. En de Milanezen gaan inspiratie zoeken bij de Belgische architect Cluysenaar, die juist de ‘Galeries royales Saint-Hubert’ in Brussel voltooid had. De Unesco beschouwt die als een ‘Valeur UniverselleExceptionelle’. Onder andere omdat die Koninklijke Galerijen in het hartje Brussel in 1847 als eerste monumentale winkelgalerijen zijn gebouwd door een openbaar initiatief. Er was zelfs een galerij van de koning en een van de koningin. Saint-Hubert was 8,30 meter breed, 213 meter lang en 18 m hoog, met een glazen dak.
Giuseppe Mengoni  won de prijsvraag voor de galerij in Milaan en ging direct zijn licht opsteken bij Cluysenaer. Zijn  Galleria Vittorio Emanuele II wordt twaalf meter breed en zeven verdiepen hoog. Ze krijgt een kruisvorm: de langste arm is 196 meter en de kortste 105,5. De ingang van de Piazza is een monumentale triomfboog. Kwestie van materialen zijn we ver van het mooie marmer van de Duomo. Deze galerij wordt een triomf voor de nieuwe Portlandcement die in Milaan een okerkleur krijgt.
De bouw krijgt een dramatisch einde: in 1877 kruipt Giuseppe Mengoni nog even op het dak voor een laatste inspectie en valt van een stelling. Ook de koning die zijn naam heeft gegeven aan het bouwwerk sterft even later.

Het einde van de Coperto dei Figini

Maar om die galerij te bouwen is een hele wijk afgebroken, met onder andere de Coperto dei Figini, een eeuwenoude winkelgalerij  waarvan de bouw terug gaat tot Giangaleazo Visconti die met de Dom begon. De architect van de Coperto was Giunoforte Solari van de Veneranda Fabbrica del Duomo di Milano. Deze Coperto is 400 jaar een trekpleister geweest voor de Milanezen.
Een van de grote namen is, vandaag nog, het « café Campari ». Dat café bestond al in de «Coperto dei Figini ». David Campari die het fameuze aperitief uitvond is zelfs geboren in een van de appartementen van de galerij. Een halve eeuw later krijgt de galerij een plaatsje in de Pinacoteca di Brera, via het schilderij ‘Rissa in galleria’ van de futuristische schilder Umberto Boccioni. Het tafereel speelt zich af voor de  buvette van Gaspare Campari.
Ook andere historische gebouwen zoals de Rebecchino uit de XVde eeuw  vallen onder de sloophamer.
De galerij wordt en is nog altijd een groot succes. Vandaag vind je er nog altijd de grote merken als Armani, Borsalino, et Tod's. Miuccia Prada, de oprichtster van Prada, was in de jaren zeventig communistische militante. Dit verklaarde ze toch in Newsweek in 1978. En ze zei erbij dat het haar jaren gekost heeft om die drang tot bezit van zich af te zetten. Ondertussen heeft ze volgens Forbes een fortuin van 2.7 miljard dollar. Ik veronderstel dat men tot het eerste miljard zich wat ongemakkelijk voelt. Daarna wordt dit een abstract cijfer dat niets meer oproept. Let wel: ze begon niet met nul. Haar grootvader zat al in de confectie. Miumiu voelde zich in 2000 twintig jaar jonger toen ze de tempel van het Frans communisme – de vergaderplaats van het Centraal comité van de PCF op de Place du Colonel-Fabien, een werk van Oscar Niemeyer -  afhuurde voor een modedefilé.
Aan de andere kant van de galerij kun je op de Piazza della Scala Leonardo Da Vinci groeten.

Een castrerende oefening op een arme stier?

De mozaïeken op de vloer zijn ook de moeite waard, met onder andere het blazoen van de koninklijke familie van Savoye . Daar zou men zijn voeten moeten aan afvegen. Victor Emanuel III heeft in 1938 de rassenwetten van Mussolini  medeondertekend. Hij deed in mei 1946 troonsafstand en zijn zoon Umberto II volgde hem op, maar in juni van datzelfde jaar maakte een volksraadpleging een einde aan de monarchie. De mannelijke erfgenamen van de Italiaanse koninklijke familie werden tot ballingschap veroordeeld. De familie, die zich in de jaren vijftig in Zwitserland had gevestigd, mocht naar Italië terugkeren toen men in 2002 de clausule over ballingschap uit de grondwet verwijderde.
Maar het meeste succes bij de toeristen is een uit de kluiten gewassen stier. Wie met zijn rechterhiel een volledige draai kan maken op zijn teelballen mag een wens doen. Door deze castrerende oefening sleten de mozaïeken te snel  en men heeft er een soort trechtertje gemaakt. Op het eerste gezicht gaat het dus om een folklore voor toeristen. De Luikenaar in mij ziet een link met de stier van Jupiler (bij een goed geschonken Jupiler komt het schuim tot aan de kloten).
Maar in feite gaat het om veel meer, als men weet dat die galerij er kwam in de periode van de eenmaking van Italië. Die stier staat in het blazoen van Turijn, concurrent van Milaan voor de titel van hoofdstad. Al tijdens de grote opstanden van 1848, met de vijf revolutionaire dagen van Milan, twijfelt de Constituante die zich boog over de eenmaking van Lombardije met Piemont tussen Turijn of Milaan als nieuwe hoofdstad. En in 1864 nog stellen drie volksvertegenwoordigers  Petrucelli, Sineo en Tecchio Genua, Milaan en zelfs Brescia voor als de nieuwe hoofdstad. Die mozaïek is dus niet zo onschuldig als ze lijkt: het is een vorm van negatieve citymerchandising. De Milanezen willen Turijn een kloot aftrekken!

De poortersloge van Mussolini

De Milanese burgerij van de risorgimento brak dus een hele stadwijk af voor zijn monumentale winkelgalerij et de plaats voor de Dom. Mussolini wilde natuurlijk ook zijn duit in dat zakje doen. Hij lanceerde het project van de hoogste campanile ter wereld: 164 meter (de madonina is er 108).  
Hij herneemt hierbij een project van 1888 dat weliswaar heel wat discreter was. Toen dit niet haalbaar leek besloot hij in 1936 een vleugel van het Palazzo Reale af te breken voor zijn Palazzo dell'Arengario, dat ik het best kan vertalen door de Poortersloge. 29 projecten werden ervoor ingediend. Vier architecten, Enrico Agostino Griffini, Pier Giulio Magistretti, Giovanni Muzio en Piero Portaluppi ontwierpen vijf varianten. Het balkon moest dienen voor de toespraken van Mussolini. Deze heeft het niet meer mogen meemaken. De bouw begon in 1939 en werd stopgezet met de oorlog. Het gebouw werd beschadigd tijdens het bombardement van Milaan in de Tweede Wereldoorlog. Na de oorlog werd er eerst niets mee gedaan, want het gebouw was te sterk verbonden met Mussolini en de architecten rond hem. In 1956 werkte men het toch af: de Provinciale Dienst voor Turismo kreeg een vleugel, het Consiglio di Zona de andere.
In 2008 slechts kreeg het gebouw een definitieve bestemming met een prestigieus project: het Novecentomuzeum waar zo’n 400 topwerken uit de Milanese collecties van de twintigste eeuw werden samengebracht. Het grootste deel kwam uit de Koninklijke Villa: een residentie in 1790 gebouwd voor graaf Lodovico Barbiano di Belgiojoso, later gebruikt door Napoleon, vandaar zijn naam « Villa Bonaparte ». In 1921 werd dit het museum voor moderne kunst.  De Ottocento bleef in de villa Bonaparte, die daarmee een beetje verweesd achterbleef. En de Novecento ging naar de Arengario van Mussolini. De architect Italo Rotta heeft in dat neoklassiek gebouw een spiraal gebouwd die aan Guggenheim doet denken. Waarschijnlijk wegens plaatsgebrek bouwde men op het zevende verdiep nog een loopbrug naar wat er overbleef van het Palazzo Reale. Daar zijn de meest recente kunstwerken tentoongesteld, waaronder lichtsculpturen met verbluffende visuele aspecten. Aan de ingang het schilderij dat iedereen het Novecento noemt, naar de gelijknamige film die er zijn affiche van maakte. In feite heet het schilderwerk van 1901 van Giuseppe Pellizza ‘Quarto Stato’, de vierde stand. Maar dit wordt het onderwerp van mijn volgende blog. Zie ook http://huberthedebouw.blogspot.be/2016/10/de-dom-van-milaan-de-triomf-van-de-neo.html

Aucun commentaire: